Van paardentram tot duurzame mobiliteit: Een reis door de tijd met Arriva in het Noorden

De revolutie van transport

Friesland en Groningen zijn provincies met een rijke geschiedenis op het gebied van transport en mobiliteit. Het openbaar vervoer heeft er een lange weg afgelegd in de evolutie, van de eerste paardentramlijnen tot de moderne treinen van vandaag.

Het wegensysteem en straatwegen

Het grootste deel van het wegensysteem waren eeuwen lang alleen gebruikt voor plaatselijke handel. Om de ontwikkeling van de handel te verbeteren, was het van belang om de verschillende hoofdrouters en kleinere wegen met elkaar te verbinden. Eén nadeel? De kwaliteit van de meeste van die wegen waren beroerd. Hierdoor waren ze in het najaar voor reizigers die te voet of te paard gingen, nauwelijks begaanbaar door de modder. Na 1800 verbeterde de situatie langzamerhand toen er werd begonnen met de aanleg van de eerste straatwegen. Later kwamen er ook grintwegen en betonplaten bij. Het duurde tot 1960 dat het (in 1900 uitgevonden) asfalt werd gebruikt.

De postkoets als directe vervoersverbindingen

Ook waren er directe vervoersverbindingen tussen de verschillende steden, namelijk per postkoets. In 1733 was de ritprijs voor de afstand tussen Groningen naar Leeuwarden vastgesteld op 30 stuivers per persoon. Het reizen met door paarden getrokken postkoetsen was vele eeuwen de gewoonte. In de 18e en 19e eeuw waren er in Nederland verschillende postkoetsroutes, maar met de veiligheid was het nog slecht gesteld en sommige trajecten stonden bekend om de vele postkoetsovervallen. Dit veranderde toen een nationaal politiekorps werd ingezet om de wegen te bewaken. Ook het comfort van de rit kreeg een upgrade in de loop van de 18e eeuw. Naast het verbeteren van de vering van de wagens ontstonden werden ook de wegen aangepakt, waardoor reizigers minder hobbelig bij hun eindbestemming aan kwamen. Rond 1905 werden de paarden die de postkoetsen trokken vervangen door motoren en kreeg het de naam van autobus, waarnaar elk groot dorp al snel een eigen autobusonderneming kreeg. Deze plaatselijke ondernemingen gingen uiteindelijke fuseren en er ontstonden grotere regionale bedrijven, waaronder Arriva. 

De opkomst van het treinvervoer

In de decennia erna maakte de wegenbouw minder ontwikkeling mee, mede door de opkomst van het treinvervoer. In 1866 kreeg Groningen een spoorwegverbinding met Leeuwarden welke twee jaar later ook tot aan Bad Nieuweschans reikte. 

De paardentram

Een ander type spoorvervoer was de tram in Groningen. Deze paardentram reed vanaf 1880 door Groningen en werd in 1910 vervangen door de elektrische tram. De introductie van de elektrische tram markeerde een revolutie in stedelijke mobiliteit, waardoor reizen sneller, efficiënter en toegankelijker werd voor iedereen. Deze vooruitgang in technologie en infrastructuur legde de basis voor wat we nu kennen als het moderne openbaar vervoersnetwerk. In 1949 werden de laatste tramlijnen opgeheven en vervangen door bussen. 

Duurzame mobiliteit

Arriva, met de blauwe bussen en treinen, is tegenwoordig een symbool van duurzame mobiliteit in Groningen en Friesland. Door de inzet van elektrische en waterstofbussen benadrukt Arriva het belang van duurzame mobiliteit. Hiermee spelen we een cruciale rol in het faciliteren van toegankelijk vervoer, terwijl we ook streven naar een kleinere ecologische voetafdruk. Deze transitie naar duurzaamheid is niet alleen een technische vooruitgang maar ook een culturele verschuiving. Het weerspiegelt de groeiende maatschappelijke bewustwording en de vraag naar verantwoorde en groene vervoersopties.

Terugkijkend op de geschiedenis van het openbaar vervoer in Groningen, van de paardentram tot de elektrische en waterstofbussen van Arriva, zien we een verhaal van constante innovatie en vooruitgang. We stappen nu in en op vervoersmiddelen waar de reizigers van vroeger alleen maar van konden dromen. Het is een getuigenis van hoe ver we zijn gekomen en een inspiratiebron voor de toekomst. En zo zie je maar weer: reizen is van alle tijden!